Foto_Ik-hoor-bij

Zoals u weet zijn onze mogelijkheden om ruimtes te huren in ‘de Kraal’ beperkt sinds 1 juli. We kunnen geen lokalen meer huren voor de kinderdienst en voor de muziekoefeningen. Met kunst— en vliegwerk zijn er misschien mogelijkheden te creëren om deze activiteiten door te laten gaan, maar we hebben er op dit moment nog geen afdoende oplossing voor.

Deze week zag ik de oproep voorbij komen van Soenil Kanhai, namens de stichting Present. De oproep om een kleine bijdrage te leveren aan het klaar maken van een huis voor Syrische vluchtelingen. Ik ken het exacte verhaal niet, maar ik stel mij voor dat deze momenten op enig moment een dak boven hun hoofd hadden, hun familie om hen heen hadden en hun leven konden leven op de plaats waar zij zich thuis voelden. Tot het moment dat hun leven werd verstoord door oorlog, zij moesten vluchten, hun huis moesten achterlaten en hun familie uit het oog verloren. Alles weg, alles kwijt, overgeleverd aan de hulp die andere mensen hen hebben geboden. Zoals ook mensen in onze gemeente is overkomen. U zou eens met hen moeten spreken wat je dan meemaakt, ook in Nederland.

Wat zijn wij dan gezegend met het dak van de Kraal boven ons hoofd. Wat zijn wij dan gezegend dat we de keus en de vrijheid hebben om elke zondag naar de Weidevenne te gaan en elkaar daar te ontmoeten en samen God te dienen, Hem te eren en elkaar te dienen. Als je vanuit een ander perspectief naar dezelfde situatie kijkt, verandert je kijk op die situatie.

Het bevestigt een gedachte die ik had gedurende mijn vakantie: ‘kerk zijn zit niet in een gebouw, het zit in de harten van de mensen’. De mate van ons verlangen om God te dienen, van Hem te leren en Hem te ontmoeten, bepaalt misschien wel hoe graag we naar de kerk gaan of hoe graag we daar zijn. De mate van ons verlangen om de ander te dienen en lief te hebben, bepaalt misschien wel hoe graag we de ander willen ontmoeten en met de ander samen God willen dienen en eren.

We leven in een andere tijd, maar als je de geschiedenis van de eerste gemeente leest in Handelingen 2 dan zie je:
“Zij bleven trouw aan wat de apostelen hun leerden en gingen als een grote familie met elkaar om. Zij kwamen vaak samen voor de maaltijd van de Here en voor gebed. Iedereen was vol ontzag voor de wonderen en tekenen die de apostelen deden. De gelovigen deelden ook alles met elkaar. Zij verkochten hun huizen en andere eigendommen en het geld gaven zij aan mensen die het nodig hadden. Elke dag kwamen zij in de tempel bijeen en waren één van hart en ziel; zij aten bij elkaar thuis, blij en onbezorgd. Zij prezen God en het hele volk was hun goedgezind. En God zorgde dat er elke dag weer nieuwe mensen bijkwamen, die gered werden.”

Pleit ik voor een commune die Christengemeente Purmerend heet? Nee hoor, maakt u zich geen zorgen… Je kunt zeggen dat de beschrijving van de eerste gemeente verband houdt met de culturele invloeden van Israël in de tijd van de apostelen. Grote families, gezinnen die bij elkaar leefden en een grote sociale samenhang in de maatschappij. Geen wonder dat de eerste gemeente daarmee vergelijkbaar was.
Je zou kunnen zeggen, dat past niet meer in deze tijd of in de Westerse maatschappij. Toch biedt de beschrijving van de eerste gemeente veiligheid en samenhang, in een tijd waarin die voor velen ver te zoeken is.

In deze beschrijving zitten een paar elementen die een oplossing zijn voor de vraagstukken van onze tijd, zoals eenzaamheid, het verschralen van de zorg of het niet kunnen voldoen aan het beeld of de eisen van onze maatschappij: buiten de boot vallen, op welke manier dan ook. Trouw zijn aan het Woord, als familie met elkaar om gaan, samen van de maaltijd genieten, samen bidden, Gods’ voorzienigheid die uitstijgt boven wat mensen kunnen bedenken, delen, voorzien in de nood van een ander, samen komen, blijdschap delen, lofprijzing en aanbidding. Het zijn elementen van Gods’ verlangen over hoe wij met elkaar om gaan en hoe we met onze medemens om gaan.

Ik hoor bij de Christengemeente Purmerend is meer dan alleen op zondag naar de Weidevenne gaan om de dienst bij te wonen. Het betekent: Trouw zijn aan het Woord, als familie met elkaar om gaan, samen van de maaltijd genieten, samen bidden, Gods’ voorzienigheid die uitstijgt boven wat mensen kunnen bedenken, delen, voorzien in de nood van een ander, samen komen, blijdschap delen, lofprijzing en aanbidding. Denk met ons mee, hoe we hier meer en meer invulling aan kunnen geven! We gaan immers een nieuw seizoen in, 2015-2016. Wat gaan wij doen en meemaken, wat gaan wij zien en horen, van elkaar en van God?

Ik ben benieuwd. Het is een bijzonder jaar…en dat is het!

Gerdo